Bouwfasen
Inbedrijfstelling
In 1943 gaven Solomon R. Guggenheim en Hilla Rebay Frank Lloyd Wright de opdracht om een permanente structuur te ontwerpen voor het Museum of Non-Objective Painting. De behoefte aan een permanent gebouw om de kunstcollectie van Guggenheim te huisvesten werd duidelijk aan het begin van de jaren 1940. Wright werd in juni 1943 ingehuurd om het gebouw te ontwerpen.
Ontwerpen
In de daaropvolgende 16 jaar maakte Wright zo'n 700 schetsen en 6 afzonderlijke sets werktekeningen voor het gebouw. Het ontwerpproces was uitgebreid, met veel ontwerpiteraties gedurende de periode van 16 jaar. De vroege blauwdrukken van Wright onthullen ontwerpideeën die het uiteindelijke ontwerp niet haalden. De dramatische rondingen van het museum aan de buitenkant hadden een nog verbluffender effect op het interieur.
Vertraging in de bouw
De stichting kocht een stuk land tussen East 88th en 89th Streets aan Fifth Avenue, maar de bouw werd om verschillende redenen vertraagd tot 1956. De dood van Solomon R. Guggenheim in 1949 was een belangrijke reden achter de vertragingen. Andere factoren waren onder andere materiaaltekorten als gevolg van de Tweede Wereldoorlog en stijgende bouwkosten na de oorlog.
Afronding
Het museum werd uiteindelijk voltooid en voor het publiek geopend in 1959, zes maanden na de dood van Wright. Het gebouw, een mijlpaal in de 20e-eeuwse architectuur, leidde tot controverse vanwege de ongebruikelijke vorm van de tentoonstellingsruimten. Ondanks de controverse werd het ontwerp achteraf alom geprezen. Het gebouw onderging uitbreiding en uitgebreide renovaties van 1990 tot 1992, en het werd opnieuw gerenoveerd van 2005 tot 2008.